‘Wat’ en ‘dat’ worden vaak door elkaar gebruikt. Dat leidt vaak tot onduidelijkheid en miscommunicatie. Het is niet moeilijk, aan de hand van een aantal voorbeelden wordt het toegelicht.
Dat verwijst naar iets bepaalds:
“Het boek dat ik je gisteren gaf.”
“Het huis dat ik zelf met vrienden heb gebouwd.”
Wat verwijst naar een zin of iets onbepaalds:
Verwijzing naar een zin: “Van mijn moeder mochten we nooit tv kijken, wat wij erg vervelend vonden.”
Verwijzing naar iets onbepaalds: “Ze gaf me alles wat ik wilde.”